Feedback geven of bedenkingen formuleren? Lees misschien eerst deze disclaimer of Over deze blog.
Noot: de inzichten in volgende post, komen van drie blogposts, waarbij de auteurs zelf een review deden van recente literatuur. Om de door hen gehanteerde bronnen door te nemen zie referenties onderaan. Zie ook 'Beperkingen van het onderzoek' waar ik de door de auteurs zelf vermelde beperkingen even oplijst (eigen toevoeging).
Wanneer vinden studenten LC handig:
De verschillende artikels vermelden wisselende resultaten over het effect van LC op aanwezigheid in de live lessen. Sommigen vermelden geen effect, andere minder aanwezigheid (mogelijks door een specifieke groep, bestempeld als de oppervlakkig-lerenden) en sommige dat het net een toename van aanwezigheid kan bewerkstelligen indien lessen op voorhand bekeken kunnen worden.
Studenten zouden prefereren face-to-face lessen bij te wonen als ze weten dat de inhoud complex gaat zijn. Ook het 'menselijke aspect' speelt een rol om toch te kiezen voor live onderwijs. LC zou eerder gezien worden als een hulpmiddel en aanvulling, geen vervanging, inspelend op persoonlijke noden van de student en rekening houdend met de individuele indeling van zijn tijd. Revisie en het (opnieuw) nemen van nota's zijn voordelen.
De meeste studenten nemen het materiaal achteraf selectief door. De groep die opnames achteraf volledig bekeek, bestond voornamelijk uit studenten personen bij wie de lestaal niet de primaire taal was of bij studenten met leermoeilijkheden, zoals dyslexie.
Het effectief gebruik van LC, verschilt sterk in onderzoeken. Dit zou mede afhankelijk zijn van het gebruiken van extra online materialen in de opnames en of het mogelijk is ze te bekijken op mobiele apparaten. Instellingen die LC hanteren, dienen zich zeker bewust te zijn van het belang van het mobiel-vriendelijk zijn van hun opnames.
Heeft het invoeren van LC effect op de deelnemers (het principe van LC en tijdens de opname zelf):
- data door zelfrapportage bekomen en binnen bepaalde onderwijsgebieden (voornamelijk STEM), opletten met generalisatie (Witthaus, 2016)
- er is slechts beperkt onderzoek gedaan naar en data beschikbaar over informatie die aan studenten gegeven wordt over hoé opnames te gebruiken en te integreren in hun leerproces (Witthaus, 2016)
Lecture Recording: What does research say about its effect on attendance?. (2017). Teaching Matters blog. Retrieved 22 December 2018, from http://www.teaching-matters-blog.ed.ac.uk/lecture-recording-what-does-research-say-about-its-effect-on-attendance/
Witthaus, G. (2016). Lecture capture: what can we learn from the research?. Art of e-learning. Retrieved 22 December 2018, from https://artofelearning.com/2016/04/29/lecture-capture-what-can-we-learn-from-the-research/
Noot: de inzichten in volgende post, komen van drie blogposts, waarbij de auteurs zelf een review deden van recente literatuur. Om de door hen gehanteerde bronnen door te nemen zie referenties onderaan. Zie ook 'Beperkingen van het onderzoek' waar ik de door de auteurs zelf vermelde beperkingen even oplijst (eigen toevoeging).
Samenvatting van de drie blogposts
Bepaalde studies tonen aan dat er een positieve correlatie is tussen het effectief bijwonen van lessen en prestaties. Lecture capture (LC) als vervanger van het aanwezig zijn in de les, zou eerder leiden tot een vermindering van leerprestaties. Positieve effecten van LC worden eerder gevonden als ze een supplement zijn van de face-to-face lessen.Wanneer vinden studenten LC handig:
- lessen die 'snel' gaan, opnieuw doornemen van stukken die niet begrepen zijn;
- indien er geen andere bronnen zijn voor de info die in de lessen aan bod komt;
- indien de opname voor de les gegeven wordt en op voorhand dient bekeken te worden (flipping the classroom);
- indien de lestaal niet hun primaire taal is of in geval van leermoeilijkheden zoals dyslexie.
Indien LC wordt vermeld in brochures van onderwijsinstellingen, kan dit mede de keuze van studenten bepalen.
De verschillende artikels vermelden wisselende resultaten over het effect van LC op aanwezigheid in de live lessen. Sommigen vermelden geen effect, andere minder aanwezigheid (mogelijks door een specifieke groep, bestempeld als de oppervlakkig-lerenden) en sommige dat het net een toename van aanwezigheid kan bewerkstelligen indien lessen op voorhand bekeken kunnen worden.
Studenten zouden prefereren face-to-face lessen bij te wonen als ze weten dat de inhoud complex gaat zijn. Ook het 'menselijke aspect' speelt een rol om toch te kiezen voor live onderwijs. LC zou eerder gezien worden als een hulpmiddel en aanvulling, geen vervanging, inspelend op persoonlijke noden van de student en rekening houdend met de individuele indeling van zijn tijd. Revisie en het (opnieuw) nemen van nota's zijn voordelen.
De meeste studenten nemen het materiaal achteraf selectief door. De groep die opnames achteraf volledig bekeek, bestond voornamelijk uit studenten personen bij wie de lestaal niet de primaire taal was of bij studenten met leermoeilijkheden, zoals dyslexie.
Het effectief gebruik van LC, verschilt sterk in onderzoeken. Dit zou mede afhankelijk zijn van het gebruiken van extra online materialen in de opnames en of het mogelijk is ze te bekijken op mobiele apparaten. Instellingen die LC hanteren, dienen zich zeker bewust te zijn van het belang van het mobiel-vriendelijk zijn van hun opnames.
Heeft het invoeren van LC effect op de deelnemers (het principe van LC en tijdens de opname zelf):
- studenten zouden minder geneigd zijn vragen te stellen;
- tussenkomsten van studenten zouden volgens ander onderzoek dan weer net béter zijn van kwaliteit doordat er opnames zijn;
- er wordt 'anders' les gegeven (zeker in geval van flipped classroom): docenten zijn tijdens de effectieve les interactiever en meer student gericht;
- docenten gaan de opname gebruiken als reflectie op hun eigen manier van lesgeven;
- docenten maken zich zorgen over (eventueel terugvallende) aanwezigheid van studenten, technologische problemen, copyright schendingen en impact op het lesgeven en leren van studenten.
Naast studenten dienen ook de docenten begeleid te worden om aan hun vragen tegemoet te komen en hen te informeren over het gebruik van LC.
Eén specifieke studie (Normann, Calder, Bishop, Irwin, & Comber, 2017) wordt behandeld in de blogpost van Kuepper-Tetzel (2017) en daar wordt een onderscheid gemaakt tussen eerste, tweede en derde/vierdejaars studenten (hoger onderwijs). Enkele opvallende vaststellingen:
- eerstejaars: er is een verband tussen resultaten en het bekijken van opnames. Non-native speakers maken meer gebruik van LC. Minder goed presterende studenten hebben meer baat bij én lessen volgen én LC, terwijl goed presterende studenten LC kunnen gebruiken als vervanging van face-to-face lessen. Meer nog, deze laatsten zouden net minder goed presteren als ze de lessen bijwonen en herbekijken. Er is geen verband tussen LC en aanwezigheid in de les;
- tweedejaars: studenten voor wie de lestaal niet de primaire taal is, maken nu niet meer gebruik van LC. Ze zouden hun taalachterstand ingehaald hebben. Ook hier was geen correlatie tussen LC en aanwezigheid in de les. Het bijwonen van de les zelf of het gebruik van LC als apart gegeven, had hier geen effect op leerprestaties. De interactie tussen beide wel: als studenten de lessen niet bijwoonden, hadden ze meer baat bij LC dan als ze de lessen bijwoonden én opnames hanteerden achteraf;
- derde/vierdejaars: geen effecten meer van LC, primaire of secundaire taal of bijwonen van de lessen op leerresultaat. De enige bepalende factor was hier GPA (oftewel global point average; eigen toevoeging).
Er wordt geconcludeerd dat het hanteren van LC algemeen geen negatieve gevolgen heeft, maar dat eerstejaars er eerder mee gebaat zijn dan studenten die verder zijn in hun opleiding. Dit geldt zeker voor non-native speakers.
Minder goed presterende studenten hebben meer voordeel van LC én face-to-face onderwijs, goed presterende studenten kunnen LC gebruiken als vervanger van de les (dit doet mij denken aan het expertise-reversal effect, dat beschreven wordt in het artikel van Kirschner, Sweller, & Clark (2016), waarover ik deze samenvattende post schreef; eigen toevoeging).
Beperkingen van het onderzoek
- beperkte schaalgrootte van de studies, correlatie is geen causaliteit (Teaching matters blog, 2017)- data door zelfrapportage bekomen en binnen bepaalde onderwijsgebieden (voornamelijk STEM), opletten met generalisatie (Witthaus, 2016)
- er is slechts beperkt onderzoek gedaan naar en data beschikbaar over informatie die aan studenten gegeven wordt over hoé opnames te gebruiken en te integreren in hun leerproces (Witthaus, 2016)
Referenties
Kuepper-Tetzel, C. (2017). Lecture Attendance, Lecture Recordings, and Student Performance: A Complex, but Noteworthy Relationship. The Learning Scientists. Retrieved 22 December 2018, from http://www.learningscientists.org/blog/2017/12/07-1Lecture Recording: What does research say about its effect on attendance?. (2017). Teaching Matters blog. Retrieved 22 December 2018, from http://www.teaching-matters-blog.ed.ac.uk/lecture-recording-what-does-research-say-about-its-effect-on-attendance/
Witthaus, G. (2016). Lecture capture: what can we learn from the research?. Art of e-learning. Retrieved 22 December 2018, from https://artofelearning.com/2016/04/29/lecture-capture-what-can-we-learn-from-the-research/
Reacties
Een reactie posten