De invloed van "seductive details" op het leren van studenten

Feedback geven of bedenkingen formuleren? Lees misschien eerst deze disclaimer of Over deze blog.

Het artikel ($) Keep it Coherent: A Meta-Analysis of the Seductive Details Effect leek me interessant omdat deze zogenaamde seductive details (interessante, maar daarom niet relevante informatie over een te bestuderen onderwerp) ook wel geregeld voorkomen in online leerlijnen.
Van deze seductive details wordt gezegd dat ze het leren van studenten niet ten goede komen, hoewel ze wel eens ingezet worden om de interesse van studenten op te wekken.

Het seductive details effect (SDE), waarbij irrelevante maar daarom niet oninteressante informatie het leren van het te bestuderen onderwerp bemoeilijkt, is gebaseerd op aannames omtrent de capaciteit van het werkgeheugen. Deze seductive details zorgen voor een extra belasting van dit beperkte geheugen waardoor het leren van de bedoelde materie verhinderd wordt. Dit gebeurt door afleiding, het activeren van irrelevante voorkennis en het verhinderen van het vormen van schema's over de relevenate leerstof.
In hun meta-analyse trachten Sundararajan en Adesope (2020) een beter beeld te krijgen op wat nu precies bepalende factoren zijn voor de mate waarin er sprake is van een SDE.

(vanaf nu noem ik de SD "afleiders" en de relevante leerstof "leerstof", eigen toevoeging)

Theorieën en hypotheses

- op basis van de Cognitive Theory of Multimedia Learning (CTML) werd nagegaan of er een verschil was in SDE indien de afleider/leerstof bestond uit beeld, woord of combinaties daarvan. CTML stelt immers dat er twee kanalen zijn in ons werkgeheugen waarlangs we informatie verwerken, zowel een auditief als een visueel kanaal. Twee hypotheses van de onderzoekers luidden, (1) dat als de afleiders zowel visueel als auditief aangeboden werden het SDE groter zou zijn en (2), dat het SDE eveneens groter zou zijn indien de wijze van aanbieden van de leerstof en de afleiders gelijk zou zijn (bijv. beide visueel);
- er werd met nog andere moderatoren op basis van CTML rekening gehouden. Namelijk, (1) bepalen lerenden hun eigen tempo, (2) is de afleider statisch/blijvend of tijdelijk in beeld, (3) wordt de afleider getoond samen met de leerstof, en (4) heeft de afleider een hoge signaleringswaarde (bijvoorbeeld door grootte van de afbeelding);
- op basis van de Cognitive Load Theory (CTL) werd gesteld dat als de afleider meer details bevatte het SDE groter zou zijn. Plus, dat het SDE kleiner zou zijn indien de studenten meer voorkennis over de leerstof hadden. In de eerste situatie is er meer belasting van het werkgeheugen en in de tweede minder, omdat de lerenden zich kunnen beroepen op informatie in het langetermijngeheugen.

(voor wie geïnteresseerd is in methodologische aspecten van de meta-analyse verwijs ik graag naar het artikel zelf)

Resultaten

(op basis van 58 weerhouden artikels)

- algemeen is er sprake van een negatief effect van SD op het leren van studenten. Al stellen de auteurs dat er meer onderzoek nodig is naar de effecten op langere termijn (en het verschil tussen negatief effect op recall, wat vrij duidelijk was, en op transfer, waar de onderzoeksresultaten minder eenduidg zijn);
- indien de afleider statisch/blijvend is, was het SDE groter, vergeleken met bijvoorbeeld een GIF of andere animatie. Een mogelijke verklaring hiervoor zou kunnen zijn dat door het statische karakter van een SD er een groter belang aan gehecht wordt;
- indien de afleider zowel visueel als auditief gepresenteerd werd, was er sprake van een sterker SDE. Zo had het gebruik van diagrammen als SD een groter effect op het leren omdat dan (door tekst en afbeelding) een beroep gedaan werd op beide informatieverwerkingskanalen;
- indien de afleider en de leerstof op dezelfde wijze gepresenteerd werden, was er sprake van een sterker SDE;
- indien de SD aangeboden werden op papier was het SDE groter dan indien de afleider digitaal aangeboden werd;
- als de lerende kon 'terugbladeren' (backtracking mogelijk was) in de cursus was het SDE groter dan wanneer dit niet kon (het systeem het tempo, de voortgang, ... bepaalde);
- de data over de plaatsing van de SD (aan het begin of het einde van een cursus) waren niet eenduidig;
- het SDE was even groot in sociale wetenschappen als in natuurwetenschappen.

De auteurs besluiten dat het gebruik van SD beperkt zou moeten worden in instructie, maar dat er vooral nog verder onderzoek nodig is naar de gevolgen van SD waarbij factoren die nu eventueel een beïnvloedende rol spelen uitgesloten/afgezonder worden (aard van de afleider, wanneer deze aangeboden wordt, papier/digitaal, ...). Pas dan kunnen er betere en concretere richtlijnen voor de praktijk geformuleerd worden.

Dr. Carolina Kuepper-Tetzel voegt er in een Podcast van The Learning Scientists nog aan toe dat het vooral studenten met een beperkte voorkennis zijn waarbij het leren verstoord wordt door (overmatig) gebruik van SD. Hoog gemotiveerde studenten, die reeds meer expert ter zake zijn zouden minder last hebben van dergelijke toegevoegde 'bijkomstigheden'.
SD zorgen voor een activatie van verkeerde voorkennis en verhinderen het vormen van cognitieve schema's over de te bestuderen leerstof.

Referentie

Episode 45 - Bite-Size Research on Seductive Details — The Learning Scientists. (2020). Retrieved 14 September 2020, from https://www.learningscientists.org/learning-scientists-podcast/2020/1/16/episode-45-bite-size-research-on-seductive-details

Sundararajan, N., & Adesope, O. (2020). Keep it coherent: A meta-analysis of the seductive details effect. Educational Psychology Review. doi:10.1007/s10648-020-09522-4

Reacties