Ondersteunt het tonen van de (blik van de) docent in een video het leren?

Feedback geven of bedenkingen formuleren? Lees misschien eerst deze disclaimer of Over deze blog.

Vooraf

Enige achtergrond kan helpen om de resultaten van het onderzoek te begrijpen, vandaar deze intro.

Richard E. Mayer - de peetvader van onderzoek naar multimedialeren - benoemt drie vormen van cognitieve verwerkingsbelasting waarmee we rekening moeten houden als we lerenden laten leren van multimedia* (= combinatie van woorden en beelden):

- intrinsieke belasting: eigen aan de complexiteit van de leerstof (deze belasting is bijvoorbeeld hoger voor het vormen/instuderen van zinnen in een vreemde taal dan voor het leren van eenvoudige woordparen);
- overbodige belasting: deze draagt niet bij aan leren, maar belast de beperkte capaciteit van het werkgeheugen onnodig, bijvoorbeeld door een slecht ontworpen presentatie, afbeelding of video ...
- generatieve belasting: capaciteit die besteed wordt aan het actief verwerken van informatie, bijvoorbeeld door nieuwe elementen te koppelen aan voorkennis.

Onze lerenden hebben dus maar een beperkte verwerkingscapaciteit die we zo optimaal mogelijk moeten benutten wanneer we hen laten leren (van multimedia en meer in het bijzonder video's).

Een manier om overbodige belasting te beperken in een video, is door de lerenden te 'helpen kijken' naar datgene wat relevant is (op een bepaald ogenblik). Dit noemen we het signaleringsprincipe. Je kan dit doen door een pijl te laten verschijnen in je presentatie, maar ook door intonatie in je stem. Een andere manier is door in de video te tonen waarnaar een docent kijkt, met andere woorden haar blik (gaze) weergeven door een stip op het scherm (zie Figuur 1).

Het tonen van de docent in beeld kan zowel een negatief als een positief effect hebben. Er zijn redenen om te verwachten dat dit ook een vorm van overbodige belasting is: lerenden kijken naar de docent, en niet naar de relevante leerinhoud. Anderzijds zorgt de docent in beeld voor social presence: de betrokkenheid die hierdoor gecreëerd wordt, zorgt ervoor dat lerenden meer bereid zijn een cognitieve inspanning te leveren tijdens het studeren. Dit heeft dan weer een positef effect op de generatieve verwerkingsbelasting en komt leren ten goede.



Figuur 1. De gele stip toont de 'gaze' van de docent (afbeelding van Emhardt et al., 2022)

Het artikel

In huidige studie onderzochten Schneider en Sung (2024) wat het effect is op leren van ofwel het tonen van de docent in beeld, haar blik, of een combinatie van beide (en een controlegroep zonder signalering). In tegenstelling tot het meeste andere onderzoek, liep deze studie gedurende een volledig semester in een 'echte' onderwijscontext (en niet kortdurend in een gecontroleerde labosetting). Studenten bekeken 12 video's (1/week, over kwantitatief onderzoek, 20-30min per video), met telkens tien meerkeuzevragen. Er werd zowel naar procedurele, feitenkennis als conceptuele kennis gepeild.

De onderzoekers geven aan dat voorgaand onderzoek naar het tonen van de docent in beeld wisselende resultaten opleverde: gaande van geen effecten, tot een positief en soms zelfs een negatief effect. Het volgen van de gaze zou volgens onderzoek veelal een positief effect hebben op leren (eigen aanvulling: al is dit niet steeds het geval, onderzoek van Emhardt en collega's (2022) vond bijvoorbeeld geen effect op leren van het tonen van de gaze, al gaven participanten wel aan dat ze vonden dat de uitleg van de docent dankzij het tonen van de gaze beter te volgen was).

De onderzoekers gingen niet alleen na wat het effect op leren was, maar ook of er een samenhang was tussen het samenvallen van de blik van de docent en de student, en leerresulaten. Met andere woorden, als studenten vaak keken waarnaar de docent keek, waren hun testresultaten dan beter? Hiervoor werd (via de webcam en software) ook geregistreerd waarnaar de studenten keken tijdens het bestuderen van de video's. Het idee hierachter is dat joined visual attention bevorderlijk is voor leren.

Uit de resultaten bleek:

- geen effect (niet negatief, niet positief) van het tonen van de docent in beeld;
- een positief effect van het tonen van de gaze van de docenten op conceptuele kennis (dus geen effect op procedurele en feitenkennis);
- een positieve samenhang tussen de blik van de docent en de studenten en resultaten voor conceptuele kennis (kortom, studenten die de blik van de docent beter volgden, scoorden beter voor conceptuele kennis). 

Een mogelijke verklaring volgens de onderzoekers dat het positieve effect van het volgen van de blik alleen optrad voor conceptuele kennis, is dat dat deze kennis meer verwerking/begrip met zich meebracht. Met andere woorden, de cognitieve belasting voor deze kennis is hoger, waardoor het signaleren belangrijker was voor leren. Of omgekeerd, het leren van eenvoudige feitjes of regeltjes, brengt niet zoveel verwerkingsbelasting met zich mee, waardoor de 'hulp' door het tonen van de blik eigenlijk niet nodig was.

Conclusie

Het onderzoek is min of meer een bevestiging van het feit dat het tonen van jezelf als docent in beeld - een beetje kort door de bocht - niet zoveel uitmaakt. Als je het doet, zorg je er best voor dat je aanwezigheid ondersteunend is, bijvoorbeeld door af te wisselen tussen in de camera en naar de uitleg kijken. Kijk bijvoorbeeld naar de uitleg, op het ogenblik dat er iets belangrijk te zien is, noodzakelijk voor begrip (= eveneens een vorm van signalering). Buikgevoel zou zeggen: toon jezelf alleen tijdens de introductie, bij het stellen van een vraag, of aan het einde tijdens een samenvatting ... en niet tijdens de uitleg. Dit laatste doe je best niet omdat je dan eerder een afleider bent, en door op andere momenten te verschijnen creëer je toch social presence. Echter, uit het enige onderzoek dat ik daarover ken en dat ik in deze post beschreef, bleek dit echter niet noodzakelijk een goed.slecht idee te zijn.

Het tonen van de gaze zou dan wel een goed idee kunnen zijn, en is dankzij online beschikbare software met een gewone laptop en webcam tegenwoordig vrij makkelijk te realiseren (zie bijvoorbeeld Gaze Recorder, Gaze Viewer ...). De uitdaging is om ervoor de zorgen dat de 'stip' geen afleider wordt: dat deze bijvoorbeeld niet alle kanten op schiet en alleen zichtbaar is op punten en momenten die relevant zijn. In het beschreven onderzoek werd bijvoorbeeld aan de docent gevraagd de gaze goed onder controle te houden en de blik pas te verplaatsen op relevante momenten. Wat dan weer lastig is. handig zou zijn dat de software de stip pas toont bij langedurigere fixaties en niet constant. Ongetwijfeld wordt vervogld.

* de 'multimedia learning hypothesis' stelt dat lerenden beter leren van een effectieve combinatie van woord en beeld, dan van woorden alleen. Hiervoor gelden echter ontwerp- of multimediaprincipes waarmee we dienen rekening te houden bij het ontwikkelen van presentaties, afbeeldingen, animaties, video ...

Bronnen

Emhardt, S. N., Jarodzka, H., Brand-Gruwel, S., Drumm, C., Niehorster, D. C., & Gog, T. van. (2022). What is my teacher talking about? Effects of displaying the teacher’s gaze and mouse cursor cues in video lectures on students’ learning. Journal of Cognitive Psychology, 34(7), 846-864. https://doi.org/10.1080/20445911.2022.2080831

Schneider, B., & Sung, G. (2024). Is Seeing the Instructor’s Face or Gaze in Online Videos Helpful for Learning? Journal of Learning Analytics, 11(3), Article 3. https://doi.org/10.18608/jla.2024.8235

Reacties