Retrieval practice ... of een andere (cognitief) actieve leerstrategie?

Feedback geven of bedenkingen formuleren? Lees misschien eerst deze disclaimer of Over deze blog.

Steun Te Gek!? een organisatie die psychische aandoeningen minder onzichtbaar helpt maken #WarmsteWeek

Vooraf

De leerstrategie retrieval practice (het actief oproepen van informatie uit het geheugen) bevordert de retentie van leerstof op de lange termijn. Dit mechanisme versterkt niet enkel het onthouden van afzonderlijke informatie-eenheden, maar ook de connectiviteit tussen gerelateerde elementen binnen cognitieve schema's. De wetenschappelijke evidentie hiervoor is sterk en bestaat veelal uit vergelijkingen met een controlegroep die de leerstof herleest/herbestudeert. Hoewel de controlegroep initieel betere prestaties levert, tonen de resultaten op de lange termijn aan dat de retrieval practice-conditie tot effectiever leren heeft geleid. Onderstaande grafiek illustreert dit.


Grafiek die het positieve langetermijneffect van retrieval practice aantoont (bijv. STTT is studie-RP-RP-RP, SSSS is studie en 3x herstudie). Overgenomen en qua kleuren aangepast van een van de meest geciteerde studies aangaande het testeffect van Roediger & Karpicke (2006).


Bovendien maakt retrieval practice leerlingen weerbaarder tegen afleiding – een steeds grotere uitdaging in digitale en online leeromgevingen of bij het gebruik van 'nabije' digitale hulpmiddelen. Over retrieval practice als 'afleider van afleiding' deelde ik reeds een blogpost. Digitale tools kunnen ook ingezet worden om 'toetsen als leren' te faciliteren, waarover u meer kunt lezen in ons handboek 'Wijze lessen. Digitale didactiek' (vanaf pagina 187).

Maar wat als we retrieval practice niet vergelijken met herlezen/herstudie, maar met andere zogeheten elaborerende leerstrategieën? Wie komt dan als winnaar uit het onderonsje?

Lees je liever niet verder, of combineer je lezen graag met een video? Deze Notebook-gegenereerde uitlegvideo is best wel verhelderend.


Het artikel

Het artikel is een meta-analyse (soort overzichtsstudie) van Gonçalves en collega's (2025), waarbij de onderzoekers een antwoord trachten te formuleren op de vraag "Is retrieval practice gunstiger dan elaboratieve codering voor leren?".*
Maar wat is dat, elaboratieve codering (elaborative encoding)? Veelal wordt onder elaboreren verstaan dat je nieuwe kennis gaat integreren in bestaande voorkennis (of cognitieve schema's) in je langetermijngeheugen. Je hebt bijvoorbeeld al een bepaalde voorkennis over effectieve leerstrategieën, je integreert nieuwe kenniselementen uit deze blog in dat bestaande schema. Of leerlingen kennen al de basis van koelsystemen in auto's, en leren vervolgens over de specifieke voordelen van een viscositeitsventilator, waarmee hun cognitief schema over koelsystemen in specifieke wagens uitgebreid wordt. Gemini zei dat dit een goed voorbeeld is uit praktijkonderwijs.
Er zijn leerstrategieën die dit elaboreren kunnen faciliteren.

De generaal tracht zijn nieuwe kennis over drones te integreren met bestaande voorkennis ter zake (en moet vervolgens concluderen dat hij best de hulp van de Duitsers inschakelt).

In het onderzoek worden onder andere  samenvatten, concept-mapping, zelfverklaren, lesgeven om te leren ... als elaborerende strategieën beschouwd. Deze worden vaak omschreven als productieve of
generatieve leerstrategieën (waarover ik al eens schreef). Daarnaast zijn bijvoorbeeld ook groepsdiscussies, aantekeningen maken en judgment of learning** als elaborerende strategieën weerhouden.

De onderzoekers vergeleken 116 effectgroottes. Globaal was er een klein positief effect van retrieval practice op leeruitkomsten (0.14). Feedback bleek hierbij een belangrijke parameter: alléén als retrievalpogingen gevolgd werden door (corrigerende) feedback, was het effect op leren positiever dan andere elaborerende leerstrategieën (0.36). Zonder feedback deed de elaboratieve codering het zelfs een beetje beter (-0.14).
Daarnaast deed de wijze van ophalen uit het geheugen ertoe: in geval van free recall deed de retrieval-groep het beter dan in geval van cued recall. Free recall passen lerenden toe als ze bijvoorbeeld alles gaan opschrijven wat ze nog weten, op een blanco blad, zonder hulpmiddelen. Cued recall betekent dat er een trigger voor het ophalen uit het geheugen gebruikt wordt. Bijvoorbeeld 'schrijf alles op wat je nog weet over de les van vandaag' versus 'schrijf op wat je nog weet over koelsystemen en de voordelen van een viscositeitsventilator'. Meerkeuzevragen kan je ook als cued recall beschouwen (al speelt daar het principe van herkenning natuurlijk ook een rol).

Daarnaast bleek het voordeel van retrieval vooral te bestaan op het vlak van 'onthouden'. In geval van transfer deden elaborerende leerstrategieën het even goed. Met transfer wordt bedoeld, het geleerde toepassen in (gelijkaardige) nieuwe situaties of problemen.

En ten slotte, niet onbelangrijk: naarmate de tijd tussen het toepassen van de leerstrategie en de eindtoets (remember het grafiekje hoger in deze blog) verstreek, werd het positieve effect van retrieval practice groter. Pas vanaf zeven dagen was er een significant voordeel van 'testen als leren'. 

Conclusie/in de klas

Waarschijnlijk voelde je tijdens het lezen ook al aan, het is geen of-of-verhaal. Zoals ik in het eerste *-tje (onderaan de blog) al schreef, is het al moeilijk om beide leerstrategieën (onderzoeksgewijs) helemaal van elkaar te scheiden. En in de praktijk is het wellicht zelfs niet wenselijk. Het maken van een mind- of conceptmap kan een sterke leerstrategie zijn als lerenden deze eerst maken zonder hun aantekeningen, boek ... te gebruiken, maar in eerste instantie alleen beroep te doen op hun geheugen. Vervolgens checken ze hun resultaat, vullen ze dit aan ... met behulp van deze middelen.
Combinaties kunnen natuurlijk ook een goed idee zijn. Vlak na de uitleg van de leraar over - ik zeg zomaar iets dat spontaan in me opkomt - een viscositeitsventilator, leggen lerenden dit in duo's aan elkaar uit, geven zijzelf of de leraar feedback. Dit is een goede manier om de stof eerst goed te organiseren. Vervolgens kan retrieval practice helpen om alles beter te verankeren en integreren in bestaande cognitieve schema's.


* De onderzoekers hanteerden bepaalde criteria om beide concepten enigszins uit elkaar te houden, al spreekt het voor zich dat ze in de realiteit niet steeds, maar toch geregeld hand in hand gaan. Als je iets 'zelfverklaart' ga je voor een stuk informatie uit je geheugen ophalen. De onderzoekers erkennen ook dat beide niet 100% uit elkaar te halen zijn (en een combi wellicht aangewezen is).
** JOL is een meer metacognitieve vaardigheid; lerenden wordt daarbij gevraagd op voorhand in te schatten hoe goed ze geleerd gaan hebben. De resultaten van deze strategie zijn wisselend. Het beste effect wordt beschreven als JOL gepaard gaat met ... retrieval practice: u goed trachten te herinneren wat je nog weet om te kunnen bepalen of je nog veel weet. Of quod erat het voorgaande sterretje* demonstrandum.

Bronnen

Gonçalves, A. de O., Muniz, B. F. B., & Jaeger, A. (2025). Retrieval practice versus elaborative encoding: A systematic and meta-analytic review. Educational Psychology Review, 37(4), 100. https://doi.org/10.1007/s10648-025-10076-6

Roediger, H. L., & Karpicke, J. D. (2006). Test-enhanced learning: Taking memory tests improves long-term retention. Psychological Science, 17(3), 249-255. https://doi.org/10.1111/j.1467-9280.2006.01693.x (Original work published 2006)




Reacties